print deze pagina

"Niet iedereen is zoals ik"

23 aug 2017

De heer Bernard van der Meer woont in WZH Schoorwijck. Een kleurrijke man, die jarenlang muzikant was en nog altijd getrouwd is met een voormalig trapezeartieste. Hij vertelt over zijn leven.

Na een ziekenhuisopname kwam de heer Van der Meer via de revalidatieafdeling van WZH Prinsenhof uiteindelijk in WZH Schoorwijck terecht.

Mooi uitzicht

Vanuit zijn appartement kijk hij op een groen stuk park. “Ik zit aan de achterkant en met die bomen heb ik een mooi uitzicht. Het gaat nu eigenlijk steeds beter met mij. En kennissen zeggen ook ‘je ziet er beter uit dan een paar maanden geleden’.”

Bekijk de video van Dhr. van der Meer

Moeilijke start

Toen hij een jaar geleden in WZH Schoorwijck kwam wonen was het erg wennen, vertelt de heer Van der Meer. “Je komt als nieuwe cliënt in een hele nieuwe situatie terecht en als je dan alles zelf moet ontdekken, dan is dat erg lastig. Dan is het veel beter als je wordt voorgesteld aan mensen. De ontvangst is nu enorm verbeterd. “

Passie voor muziek

Wanner meneer wordt gevraagd iets over zichzelf te vertellen begint hij bij het begin. “Ik ben geboren in 1934 in Stompwijk, wat nu Leidschendam is geworden. Toen ik 3, 4 jaar was zijn we naar Den Haag vertrokken."

Zijn ogen gaan glinsteren wanneer hij over zijn tijd als muzikant vertelt. "Dan heb je je schooltijd, je studietijd en wat voor mij een grote passie was, was muziek. Naast klassieke muziek, waar ik wel iets van weet, maakte ik zelf muziek. Ik heb weleens met het Hotcha Trio, een bekend harmonica trio, gewerkt.”

Het Hotcha Trio

Trio Mona

Daarnaast had hij zijn eigen harmonica trio. “Dat was het Trio Mona. Gerrit (31) speelde ‘de bas’, mijn boezemvriend Bennie (17) speelde ‘de solo’, de melodie zeg maar, en ik (18) speelde de vineta mondharmonica. Dat is de gitaar, zo gezegd.” Vol trots laat hij het instrument zien en speelt een stukje. “We hebben een hele mooie periode gehad met schnabbels door heel Nederland en zelfs in Parijs.”

Het Trio Mona

Maatschappelijke carrière

Het trio zou met de Amerikaanse Troepen als ‘entr’acte’ meegaan met The Bob Hope Show, maar dat ging niet door. “Het was 1954 en wij moesten in militaire dienst. Daarbij moest je ook denken aan je maatschappelijke carrière, dus ben ik na twee jaar militaire dienst begonnen bij een assurantiemakelaarskantoor. Daar heb ik maar liefst tot mijn 70ste gewerkt.”

Grote liefde

De heer Van der Meer is nog steeds samen met zijn eerste vrouw, vertelt hij met een glinstering in zijn ogen. “Met mijn grote liefde Jo. We zijn getrouwd in 1958, toen ik ook die nieuwe baan had, en we hebben één dochter.”

Lenig

Net als de heer Van de Meer heeft ook zijn vrouw een kleurrijk verleden. “Mijn vrouw is trapezewerkster geweest. Zij was ‘flyer’ bij de Italiaanse beroemde circusgroep de gebroeders Jarz.” En ze is nog steeds enorm lenig, vertelt hij met trots. “Ze kan haar handen nog steeds plat op de grond leggen zonder haar knieën te buigen. “

Jo van der Meer 

Dementie en dansen

Nog altijd zijn de heer en mevrouw Van der Meer samen, maar helaas heeft Jo van der Meer dementie. “Mijn vrouw heeft 100 of misschien wel 200% Alzheimer. Ze komt één keer per week langs met mijn kleindochter, ze woont bij haar.” Een bijzondere situatie, die volgens de heer Van der Meer heel natuurlijk is. “Mijn kleindochter zegt altijd: ‘Oma heeft altijd voor mij gezorgd al die jaren en nu zorg ik voor oma’.”

Jo van der Meer en kleindochter

Ze kunnen het met zijn tweeën heel goed vinden en doen alles samen. “Mijn vrouw gaat overal mee naartoe, want ze kan natuurlijk niet alleen zijn. Ze kan zelfs nog mee dansen, dat vindt ze leuk.”

Fysiek kerngezond

Mevrouw Van der Meer staat ondanks haar dementie positief in het leven. “Als ze mij ziet zegt ze: ‘Ha, lieverd!’. Of ze me kent weet ik niet. Van de week hebben we verteld hoe ik heet en dan zegt ze wel ’Ohja, dan ben jij dus Bernard’. Maar als je haar na een paar minuten vraagt ‘waar is Bernard?’, dan weet ze het niet." 

"En dat is voor ons eigenlijk heel tragisch, maar voor haar niet. De doctoren zeggen dat als ze zo doorgaat, ze wel 100 jaar kan worden, want fysiek is ze kerngezond.”

Mee snoepen

Ondanks dat hij niet dagelijks samen met zijn vrouw kan zijn heeft hij het in WZH Schoorwijck erg naar zijn zin. “Ik doe alleen niet veel mee aan evenementen. Ik ga niet bloemschrikken of meedoen met de geheugentrainer. Maar waar ik wel aan meedoe is de klassieke muziek op vrijdagmorgen en ik luister veel naar de radio. Ik vind het ook altijd leuk om bij het koekbakken te zijn, dan zit ik er altijd bij en dat vind ik wel grappig. Daar zitten ook wat aardige mensen en dan mag ik ‘mee snoepen’, zoals dat heet.“

Porgy en Bess

Van muziekactiviteiten geniet de heer Van der Meer het meest. “Er komt veel ‘herriemuziek’, maar soms is er een goed koor, zoals laatst ‘Die Hagher Sangers’, dat was echt goed. Maar ik moet niet denken aan ‘De Vliet Grieten’, dat vind ik echt een verschrikking," zegt hij lachend. Vanaf oktober gaan ze waarschijnlijk films draaien. En ik heb opgegeven dat ik graag nog weleens ‘Porgy en Bess’ zou willen zien. Dat lijkt me geweldig”

Belangstelling voor Indië

Maar de heer Van der Meer heeft nog meer hobby’s; opeens komt er nóg een belangrijke passie bij hem op. “Ohja!”, roept hij uit. “Ik heb nog een hobby natuurlijk! Ik ben enige Nederlander die mee mag doen met de Indische Soos.” Stralend vertelt hij hoe hij dit voor elkaar kreeg. “Als ik aan tafel kwam of als we samen eten gingen halen zei ik tegen de Indische dames ‘selamat pagi’ (goedemorgen) of ‘selamat makan’ (eet smakelijk)’. Toen dachten ze ook dat ik een ‘Maleier’ was. En natuurlijk ook omdat ik ook veel weet over Indië, het had mijn belangstelling. “

Tevreden besluit de heer van der Meer zijn verhaal. “Nee, ik ben blij dat niet iedereen is zoals ik. Want dan zouden ze alleen dit hebben. Het is goed dat iedereen verschillende ideeën heeft en verschillende interesses.”